een van hen wist het zeker
en zou de weg wijzen
niemand geloofde hem
maar iedereen volgde
omdat, zo dacht men,
dat beter was of veiliger
hij die het wist, liep voorop
de rest zweeg er achteraan
tot de weg dood liep
er werd gefluisterd, verzucht,
er klonk zelfs een snik
en iedereen draaide zich om
een stem, nu vooraan, zei zacht
‘ik weet het niet’
iedereen geloofde haar
en volgde